KLM - 2e retourvlucht naar Indië 1930
Er zullen verschillende van jullie denken: ‘Daar komt ie weer met zo’n saai grijs/blauwe cover’. Ja, dat is zo, want het is de basis van het onderwerp van vandaag. Zij is 75 jaar geleden vervoerd in een tijd dat een luchtreis nog een avontuur was en jullie (denk ik) nog niet waren geboren. Ik was in ieder geval nog onder constructie. De vliegtuigen hadden dikke vleugels en dunne wanden van gespannen doek over metalen frames. De passagiers kregen reisdekens en voetzakken tegen de kou. Er werden veel tussenlandingen gemaakt, het weer had onverwachte verrassingen en een vlucht op 10 kilometer hoogte zat er toen echt nog niet in. Er was veel remous onderweg en deze envelop danste mee in thermiek en valwinden. Deze kennis achter de saaie envelop maken van haar een fijn avontuur.
Bijlage 20670
De regelmatige 14 daagse post/lijn dienst op het toenmalige Indië begon in september 1930. Hier is een kopie van de poster waarmee de KLM reclame maakte. Als je goed kijkt is de cockpit gesloten. De Fokker F-VIIB-3M die voor de eerste vluchten gebruikt werd had een open cockpit. Of dit een artistieke vrijheid van de artiest was of een toekomstdroom van de KLM weet ik niet:
Bijlage 20671
De 2e retourvlucht werd in oktober 1930 gevlogen met Fokker F-VIIB-3M reg. PH-AEO. De gezagvoerder was J.J.Hondong, de 2e vlieger was E.C.Pellens, bwk was K.A.O.Weber. Op de heenweg naar Indië kregen ze toestemming over Turkije te vliegen en daarom werd de route verlegd via Griekenland en Egypte en moest er een flink stuk over de Middellandse zee worden gevlogen. Hier een van de weinige foto’s van de PH-AEO:
Bijlage 20672
Op de terugweg van Batavia werd gestart op 31 oktober 1930. In ‘Het Vaderland’ van diezelfde dag stond het volgende bericht:
Bijlage 20673
Het toestel had 136,8 kg post aan boord. Dat kwam allemaal veilig in Nederland aan. Met het vliegtuig liep het later slecht af. Het werd verhuurd aan Air Orient. Op 7 juni 1931 crashte het in een tornado bij Sandoway in Burma met een Franse bemanning. Er waren geen overlevenden. Een triest einde. JanJr.
Do-X - een vliegboot vliegt om de wereld 1930-1932
Bijlage 21657
Dit wordt een aanvulling c.q. vervolg op de topic 'Duitsland Civiel # 216 en 217 en de topic 'Fokker watervliegtuig in de grote oorlog' deel 29-10-2015 van Traffic
Op 7 oktober 2004 werd een postzegel uitgegeven door de Duitse posterijen waar erg veel reclame voor werd gemaakt:
Bijlage 21658
Op 12 juli 1929 startte de DO-X voor de eerste keer onder het dreunen van haar 12 motoren van het Bodenmeer op de grens van Duitsland en Zwitserland. Het vliegtuig had 3 afzonderlijke dekken. De cabine van de gezagvoerder leek meer op die van een schip dan die van een vliegtuig. De bemanning was de commandant, de vliegtuigbestuurder, een technicus, een navigator en een telegrafist. De vliegboot was het grootste van zijn tijd. De watergekoelde Siemens Jupiter twaalf cilinder motoren, elk van 525 pk, waren in 6 groepen in tandem geplaatst. Het stuurwiel was groot en rond als van een schip. De motoren waren geplaatst op pylons, zoals op deze foto duidelijk te zien is:
Bijlage 21659
Men kon door de vleugels en via die pylons de motoren bereiken (Popular Science Monthly October 1929):
Bijlage 21660
Deze motoren voldeden niet omdat ze snel oververhit raakten (en de commandant dan waarschijnlijk ook). Ze werden vervangen ( de commandant uiteraard niet) door sterkere Curtiss Conqueror ‘liquid-cooled’ motoren van 640 pk en hadden dus meer trekkracht dan Jupiters. Ik wil daarop met het volgende deel terugkomen. JanJr.
Ein Schiff fliegt um die Welt
Om bij de topic te blijven toon ik hier een postzegel uit 1994 van Monaco. Vergroot ziet deze zegel er best goed uit. In ieder geval laat ze de nieuwe motoren zien die op paaltjes staan en verbonden zijn met dwarsbalken:
Bijlage 21734
Op 21 oktober 1929 werd een proefvlucht gemaakt met 169 personen (drie waren verstekeling). In totaal sleepten de 12 motoren op die dag bijna 45 ton de lucht. Dat was een passagiers record dat 20 jaar stand hield. (pas de Lockheed Consitution kon er meer meenemen). De top snelheid was 196 km/u, de kruissnelheid ca. 150 km/u. Over het plafond zullen we het maar niet hebben want dat was abominabel slecht.
DO-X te Schellingwoude
De kranten stonden er vol van: ‘DO-X te Schellingwoude aangekomen’. Niet alleen in Nederland maar over de hele wereld bv. in ‘The Argus’ (Australië):
Bijlage 21735
De DO-X was op 5 november 1930 opgestegen van het meer van Constanz en vloog even in het rond om de motoren warm te draaien en om hoogte te winnen. Daarna kon het zijn wereldreis beginnen, die, achteraf bezien, pas in 1932 zou eindigen. Op het eerste deel vloog een Dornier ‘Merkur’ mee (D711) om film opnamen te maken. Er werd speciaal vermeld dat het een geluidsfilm zou worden. Dat was in die tijd nog een nieuwtje. Tegen de schemering zag de bemanning haar bestemming, de Zuiderzee. Ze juichten toen het toestel voor het eerst in zout water landde.
Bijlage 21736
Algemeen Handelsblad 8 november 1930
Het was die dag (in tegenstelling met ons huidige November weertje) koud om niet te zeggen ijskoud . Dat weerhield duizenden kijkers niet om naar om het Buiten-IJ komen. Op de dijk aan de overkant van het marine vliegkamp te Schellingwoude stonden ze al uren te kleumen. Ze kwamen met auto’s, ze kwamen met bootjes; het was als een lopend vuurtje door de omgeving rondgegaan dat het grootste vliegtuig ter wereld zou landen (of moet je in dit geval zeggen <wateren>?). In het Buiten-IJ mochten geen vaartuigen komen, behalve die voor de bobo’s en invités van Aviolanda (de agent van Dornier) plus natuurlijk die van de politie- en havenmensen.
Na de landing kwamen al gauw de autoriteiten om zich te laten fotograferen op een van de stompen van het vliegtuig (Zie de foto die Tracker instuurde op 29-10-2015 bij de topic ‘ Fokker watervliegtuigen in de grote oorlog’.) Op deze foto dus helemaal links met gleufhoed, witte handschoenen en slobkousen de toenmalige minister van defensie Deckers. Omdat ik van contrast houd heb ik de foto uitvergroot en geplaatst naast die van de huidige minister van Defensie de charmante en modieuze Jeanine Hennis Plasschaert :
Bijlage 21737
Een echte ‘back in the future’ van 85 jaar met grote verschillen in normen en waarde.
Bij het draadje Duitsland Civiel # 216 en 217 plaatste ik 4 foto’s van de Do-X bij Schellingwoude. Hier is nr. 5 die op dezelfde dag door dezelfde fotograaf werd genomen. Monteurs staan al aan de motoren te sleutelen, gasten stappen in de boten.:
Bijlage 21738
Na de ontvangst mochten er journalisten de vliegboot in. Die waren teleurgesteld dat de bar uit het vliegtuig was gesloopt. De romp was zo goed als kaal van binnen, Door de grote moeite die het vliegtuig had om hoogte te winnen, wilde men het toestel zo licht mogelijk maken. Het interieur werd per trein nagezonden.
Na een paar dagen zou de wereldreis beginnen. Daarover wil ik nog terugkomen. JanJr.
Ein Schiff fliegt um die Welt (3)
Do-X Er werden duizenden foto’s van de DO-X gemaakt, waarvan er honderden op het internet zijn terug te vinden. De vliegboot was ook een geliefd onderwerp van postzegels van kleine landjes die een centje bij wilden verdienen, zoals Antiqua, een pixel in het Caribische gebied:
Bijlage 21837
We gaan verder met de avonturen van het vliegschip.Nadat het toestel op 7 november 1930 nog een rondvlucht had gemaakt vanaf Schellingwoude, vertrok het 3 dagen later voor het vervolg van haar wereldreis. Nou ja… vertrekken? Eventjes de lucht in en dan weer een landing in de Zuiderzee. Een van de motoren werkte niet naar genoegen. De toeschouwers zagen in de verte wat mannetjes op de vleugel lopen om aan die motor te gaan sleutelen. Ze deden hun werk kennelijk goed, want na korte tijd sneed het logge gevaarte weer door het water en kreeg genoeg lucht onder de vleugels om Nederland voorgoed te verlaten.
De vliegboot volgde de route Engeland, Frankrijk, Spanje en Portugal, waar men op 29 november aankwam. Dus veel vaart zat er niet in. In dat laatste land was het met vliegen voorlopig gedaan. In Lissabon stak een hete uitlaatpijp de stof bekleding van het bovenste deel van de linkervleugel in de brand dat zich over de hele vleugel uitbreidde. (En dat gebeurde op de dag af precies 85 jaar geleden). De reparatie kostte tijd, geld en 6 weken vertraging. Men gaf echter de moed niet op. Nieuwe onderdelen moesten worden gefabriceerd en aangevoerd en dat deed men. Na zes weken was het werk gepiept, men zette de reis voort.
Het ging traag en laag zuidwaarts. Hoe laag? Heel laag! Het haalde bij lange na niet het door Dornier opgegeven plafond van dik 3000 meter. Uit berichten kun je opmaken, dat de normale vlieghoogte 500 meter was. Het was vechten om hoogte te houden met deze ‘underpowered’ vliegmachine. Een Engelsman die een vlucht boven de Noordzee meemaakte, had het volgende verhaal: “Almost immediately the engines were throttled, and the ship began to lose height, and one was convinced that a landing was going to be made, so close to the water did the ship appear to return, but in actual fact a height was set of ten meters, and at this height we went across the North Sea, for, as Capt. Christiansen said: < What is the use of flying high; it only wastes power and fuel>. “ Kapitein Christansen kon het leuk brengen!
De DO-X met zijn dertienkoppige bemanning vervolgde haar weg naar het Zuiden langs de Afrikaanse Westkust achtervolgd door rampjes, pech en incidenten. Op de Canarische eilanden (Las Palmas) kreeg de romp een zo geweldige klap van een machtige golf dat zelfs de vleugel hersteld moest worden, zodat men vertraging kreeg door 3 maanden reparatie tijd. Ergens anders brak het carter van een der motoren.
Bijlage 21838
Hier ligt de vliegboot ter reparatie op een werf in Las Palmas
Bijlage 21839
Krant Diaro de Las Palmas februari 1931
Men gaf de poging op om van de Canarische eilanden te vertrekken. Dus een andere startplek; Bubaque Islands bij Boloma, Portugees Zuid Afrika. Er werden 22 pogingen in 4 weken gedaan om het vliegtuig in de lucht te krijgen. Een van de startpogingen duurde 12 minuten. Door de buitengewone hitte en de luchtvochtigheid kon de dunne lucht het toestel niet dragen.
Men verlegde de startplaats naar Kaapverdië. Van daaruit werd de grote sprong over de zuidelijke Atlantische oceaan gemaakt. Gezagvoerder Christiaansen had een nieuwe stuurman gekregen. Op verzoek van Claude Dornier kwam kapitein Cramer von Clausbruch aan boord, die veel ervaring had met vluchten over de oceaan met Dornier Wal vliegboten. Dat bewees hij al gelijk bij de start. Hoewel het toestel van binnen helemaal leeg was, (zelfs de bemanning mocht alleen het hoognodige meenemen) kon hij de vliegboot pas na een aanloop van 4 ½ km lostrekken. Hij legde het principe “don’t rock the boat” naast zich neer en wipte ten einde raad het vliegmonster tijdens de start naar voren en naar achteren. Op een zeker moment gaf een golf het de juiste duw en was de vleugel in de juiste hoek zodat het zich aan de lucht kon vastklampen. Met vol vermogen, 10 meter boven de zee, kon men de reis beginnen. Tijdens de vlucht was men op de grond het toestel ’n paar uur kwijt. Men dacht zelfs even dat het verloren was geraakt omdat er geen radioverbinding was.
Het doel, Natal, haalde het niet. Door gebrek aan voldoende brandstof zette Cramer von Clausbruch het , midden in de nacht, in het maanlicht, neer in de lagune van Fernado de Noronha, 300 km van het vaste land. Na het bijtanken zette men de reis voort. Op 5 juni 1931 bereikte ze glorieus Natal op de meest westelijk punt van het continent.
Daarna met veel tussenlandingen dicht langs de kust naar Rio de Janeiro. Daar werd de postzakken met deze envelop aan boord gedragen en die kwam na 83 jaar in mijn bezit en werd een van mijn relieken:
Bijlage 21840
De brief is op 4.VIII.31 in Rio afgestempeld en het ontvangststempel toont Rio Grande Norte en dat is het district waar Natal ligt. Van daar vliegt men naar het noorden. Dat zien we dan wel weer in het volgende deel. JanJr.
Poststukken, zegels en luchtvaart souvenirs
Ik ga off-topic beheerder, maar het moet even.
Dan kan het weer over poststukken gaan.
Ik had gisteren een stukje geschreven aan de hand van het 'eens' aandacht besteden aan het Flyingboat project van meneer Hughes.
Door een foute handeling aan het eind van de avond was al mijn werk foetsie.
Ik begin opnieuw.
Met de mededeling om dat wat mij betreft vooral niet te doen.
Er zijn veel vliegboten gebouwd, de een praktischer dan de ander, en er zijn boeken over vol geschreven.
Tot zelfs diep in het straaltijdperk aan toe.
Allemaal deden ze hun ding, met meer en minder resultaat.
Allemaal leden ze aan een vorm van zelfoverschatting waar het het beschikbare vermogen betrof.
Zo werd het in de vijftiger jaren zelfs niet meer dan een rondje Solent, in plaats van Bombay, als we de SARO Princess nemen.
De Latécoère 631 was ook niet bepaald een succes story.
De Fokker F 36, met wielen weliswaar, maar als voorbeeld dicht bij huis, was gepland voor de Indië Route. Ze werd echter een vaste verschijning op Texel..., niks Tjillilitan.
Maar ze vlogen wel!
In tegenstelling tot het op Amerikaanse wijze verheerlijkte verhaal over het grootste en meest fantastische project van Howard Hughes, de Donald Trump van de veertiger jaren.
(Over de geestesgesteldheid van beide heren laat ik me hier niet uit...).
Dat vloog gewoon níet, en daarmee uit.
En dat maakt hem naar mijn oordeel tot de enige echt merkwaardige vliegboot óóit!
Ik zwierf met Earth naar LongBeach om er nog eens te gaan kijken, maar kwam er achter dat ik het niet goed had bij gehouden sinds mijn live bezoekjes daar.
Men was er na dertig jaar eindelijk een beetje moe van geworden en had hem in de aanbieding gedaan.
En nu is hij al dertien jaar of zo verkast, in onderdelen en over de weg, naar Oregon.
Een Staat met nog Alaska-achtige regels, Frontier sentiment op niets af.
En ver weg, je valt er bijna van de kaart...
Naar het Evergreen Aviation Museum, en dat ziet er daar best prima uit.
Maar toch blijven het hoe dan ook kinderen aan de overkant van de plas, want was is daar nou ook?
Een heuse 747 die op een fors gebouw is neergezet.
OK, dat is vaker vertoond.
Maar dit gebouw is een zwembad!
En uit een aantal lichaams-openingen van mijn dierbare Classic komen zomaar plastic pijpen gekronkeld, waar je met vaart en vooral héél erg gillend de lucht in giert, om via een zwier door een General Electric motor weer ergens naar binnen te schieten om uiteindelijk uitgekotst te worden in de plonsbak op de begane grond.
Een Waterpark, en erger nog: een educátional Waterpark!
Het moet niet gekker worden.
Maar goed, de 'Spruce' is duidelijk op zijn plek.
Yank amongst Yanks.
Nu maar hopen dat het Aviodrome hier geen zwem diploma-lucht van krijgt...
Bijlage 21854
Tracker.
Poststukken, zegels en luchtvaart souvenirs
Mijn reis met een enthousiast stel langs luchtvaart Ikonen ving al heel lang geleden aan.
Zó lang geleden dat ik niet meer op de hoogte ben geraakt van het handboek 'Schrijven met dubbele punten, streepjes en haakjes sluiten'.
Daardoor komt het dus dat ik opeens dingen mis...
Dank voor de uitleg.
Zó lang geleden ook dat de 'Spirit' nog gewoon dichtbij hing, tussen de mahoniehouten kasten en vitrines in.
En er niet geflitst mocht worden omdat ieder flitslampje kortstondig een bijna open vuurtje was..., vandaar de bewegings-onscherpte.
Bijlage 21863
Tegenwoordig moet men goed voorbereid op Ikonenjacht, want ze bevinden zich vaak onder heel merkwaardige omstandigheden en tussen mede-Ikonen uit een totaal ander tijdperk.
Weinig gemiddelde bezoekers zullen nog iets van een restant van een ikoon herkennen, hoog boven hun hoofd, in de Spirit daar.
Vervreemd dolend tussen een X-1, een X-15, een plastic ruimtehopper en een satelliet.
Over de Atlantic? Was dat moeilijk dan?
Bijlage 21864
Bijlage 21865
Tracker.
Poststukken, zegels en luchtvaart souvenirs
De Spirit nam in die tijd een centrale plaats in in een van de opengestelde hallen.
Er onder, langs de wanden maar ook midden in de zaal stonden rijen met vitrines, met daarin de meest ingenieuze modellen, i.p.v. 'the real thing'.
Langs de wanden waren de modellen meestal gezet tegen een diorama-achtergrond, goed bedoeld, maar hier en daar nogal knullig verbeeld.
De modelbaan industrie moest nog uitgerold worden..
Een goede, natuurlijke achtergrondlucht schilderen was toen al moeilijk en is dat nóg.
Maar als iemand dat wel heel goed kon hing hij natuurlijk in een heel ander museum!
Draaiende propellervlakken voorgesteld door een krom-trekkend soort plastic schijfje, en plukken watten uitstotende straaljagers..
Het was er écht.
Lang geleden, en te hopen is dat het bewaard is gebleven, een expositie op zich.
Bijlage 21871
Het was alsof je Meudon in Versailles binnen stapte; dat bleef nog vrij lang zo ogen.
Bijlage 21872
Tracker.
Ein Schiff fliegt um die Welt (4)
Nadat zij de brief, die ik in deel 3 liet zien, keurig had afgeleverd in Natal, zette de DO-X de reis voort over de Caribische eilanden. Doch eerst werd Paramaribo, Suriname, aangedaan, waar deze mooie verstilde foto werd genomen, in prachtige grijstinten.
Bijlage 21891
Vergeef me dat ik wat over deze opname uitweid. Zij is genomen door ene meneer Doesburg. De foto laat een stel burgers zien, allemaal in het wit uiteraard, die naar de geweldenaar keken, die daar op het kalme water van de Suriname rivier lag te dobberen. In het midden van de groep staan twee leuke eigentijdse dametjes met hun grote camera om de geschiedenis vast te leggen. De vrouwtjes waren de zussen Augusta en Anna Curiel, hele kunstzinnige fotograven die overal in Paramaribo prachtige plaatjes maakten.
Ook de PTT maakte gebruik van de situatie. Op een eenvoudige manier; op een100.00 stuks van een bestaande serie luchtpostzegels liet het de volgende tekst afdrukken: ‘ Vlucht Do. X 1931’ in een soort krom Duits lettertype.
Bijlage 21892
4200 complete series werden verkocht, die nu elk (als serie) wel € 330 kunnen opbrengen. Alleen post met deze zegels werd geaccepteerd voor verzending met de Dornier. Maar 3124 poststukken werden met deze vliegboot verzonden en uit goede bron werd verteld dat deze zending niet verder ging dan Trinidad, waar ze werd overgenomen door Panam. De niet verkochte postzegels werden verbrand en dat was het grootste deel.
De Dornier vervolgde haar weg over het Caribisch gebied,ongeveer de gebruikelijke route van Panam. Daarbij deed ze ook Antiqua aan, waar het jaren later weer werd herdacht met een tweede postzegel:
Bijlage 21893
Zo dadelijk meer
Ein Schiff fliegt um die Welt (5)
Daarna een triomfale langs de Oostkust van de V.S., waar ze door duizenden mensen werd ontvangen en bekeken. Tot aan New York! Na een grootse ontvangst aldaar waren de centen op. De vliegboot moest een flinke overhaul hebben. Curtiss wilde zijn motoren terughebben. Dornier stond op het punt zo failliet te gaan. Ellende alom dus en de vliegboot kwam weer op een werf te liggen:
Bijlage 21894
Das Reichsverkehrsministerium (RVM) hielp ten slotte Dornier uit de brand. Schulden werden betaald. Motoren werden gerevideerd. Belangen werden overgedragen. De vlucht kon in mei 1932 worden voortgezet. Op 19 mei 1932 vertrok het uit New York voor een vlucht van 2120 km naar Holyrood, een stadje in ‘the middle of nowhere’ aan de kust van Newfoundland. Zo als gebruikelijk in die streken was het rot weer; nevel en ruwe zee. Ze bleven een tijdje rondcirkelen, wachtend op betere condities, zonder resultaat. De brandstof begon op te raken. Dus werd ’n andere (tijdelijke) bestemming gezocht en gevonden in het water bij Trinity na 12 ½ uur vliegen vanaf New York. De volgende morgen werd er per boot 700 galons brandstof aangevoerd vanaf Holyrood. Nadat de motorenop de gebruikelijke manier met de hand waren aangezwengeld ging de tocht verder naar Horta op de Azoren. Portugal gaf later deze fraaie zegel uit:
Bijlage 21895
Verder geen dramatische gebeurtenissen meer. Vlak boven zee vervolgde ze haar weg. Vigo, Spanje, Callshott Engeland, verder naar Duitsland, waar deze fijne foto kon worden gemaakt:
Bijlage 21896
Na een paar jaar kwam de Dornier terecht in het Berlijnse Luftfahrt Museum, waar het compleet vernietigd werd door een geallieerd vliegtuig bombardement. JanJr
10 december 1930, een gewone, maar ook een bijzondere dag
Vandaag kreeg ik van Nederlandse Luchtvaart een mailtje met gelukswensen voor mijn verjaardag. Dat is leuk. Bedankt. 85 jaar geleden, op de dag af nauwkeurig lag ik in Rotterdam in de wieg. Dank zij Delpher archieven kon ik rondneuzen in de kranten wat er op die dag gebeurd is. Hier zijn wat knipsels.
Wij beginnen met de aankomst van KLM Fokker PH-AEZ die een dag eerder op Schiphol was geland. Aan boord was de KLM directeur Martin (ook bekend van het schrijven van romans). Die had een maandenlange onderzoeksreis achter de rug om de route naar Indië en Malakka te onderzoeken. Hij maakte gebruik van bijna alle vervoersmiddelen (vliegtuig, boot trein, auto) om landingsplaatsen en voorzieningen te controleren. Informatie voor de latere vliegtochten dus. Hij was in Indië in de KLM Fokker F7-3M gestapt en vertelde de reporters dat hij een fijne reis had gemaakt.
Bijlage 21904
In de Leeuwarder Courant van die verhaalde men over de grootste Engelse metalen vliegboot. (Wie weet wat voor een model het is?)
Bijlage 21905
In het Algemeen Handelsblad vertelde men over de noodlanding van Mrs Spooner. Ik had er nog nooit van gehoord maar in de U.K. schijnt het een bekende vlieger te zijn geweest. Ze kon in ieder geval behoorlijk zwemmen en dat is altijd makkelijk als je veel over zee vliegt met een eenmotorig vliegtuigje.
Bijlage 21906
De volgende 2 knipsels zijn uit 'De Telegraaf' en 'De Tijd'. Het gaat over een Fokkertje van de militaire luchtvaart dienst die een noodlanding moest maken. De piloot kwam er goed van af. Hij kon zelfs nog glimlachen.
Bijlage 21907
Bijlage 21908
'That's all folks'. Jan Jr.
Poststukken, zegels en luchtvaart souvenirs
Leuk idee Jan om de 'jeugd' mee te laten delen in de tijd van toen...
Ik kreeg van de week ook een felicitatie van DA, waarvoor dank natuurlijk.
Niet op 10, maar op 7 december.
Alleen een ander jaartal, n.l. 1941.
En wat er op díe bewuste dag allemaal gebeurde houdt de gemoederen nog steeds bezig.
Aan enig opzoeken van wat er nog meer gebeurde die dag ben ik nooit toegekomen.
Pearl beheerste het wereldnieuws; het was dan ook nogal wat!
Ad Hoppener in 1942 op Curaçao kocht een 8mm kopie van de Castle-film die in omloop was.
Ik heb er wat beeldjes uit geplukt ter illustratie.
Bijlage 21909Bijlage 21910
Bijlage 21911Bijlage 21912
Bijlage 21913Bijlage 21914
Tracker.
Geboortedag DC-3 (DST) 17 december 1935
In 1997 werd in de U.S. een postzegel uitgegeven met daarop de Douglas DC-3
Bijlage 21967
Die zegel bracht me tot het volgende bericht:
Gefeliciteerd allemaal met de verjaardag van de Douglas DC-3 (DST) die op 17 december 1935 haar eerste vlucht maakte. Fysiek is de lady natuurlijk geen 80 jaar oud geworden, maar in de geest wel. Haar zussen kregen allerlei namen zoals C-47 Skytrain, Dakota etc. Bij elkaar 10655 exemplaren. Daarbij nog 487 Japanse stiefzusjes ((L2D) en de Soviet Unie een slordige 5000 (PS-84/LI-2). Moet je je eens indenken dat die allemaal op een vliegveld zouden staan. Er vliegen er nog veel rond.Het eerste exemplaar was een DST (Douglas Sleeper Transport)met reg.nr. X14988. Hieronder een foto uit de collectie van het San Diego Aerospace Museum. De vleugels van het vliegtuig werden in 1938 vervangen na een ongeluk op Forrest City, Arizona. Op 21 juli 1942 werd de civiele registratie geannuleerd en kreeg zij USAAF s/n 42-43619. In die tijden van de wat ruwere oorlogscondities werd ze oktober 1942 gemold in Knobnoster, MO, USA. Triest te bedenken dat je in en plaatsje met de sullige naam Knobnoster je einde moet vinden.
Bijlage 21966
Er is natuurlijk een lawine van DC3/Dakota fotos in omloop. Daarom toon ik hier de voorkant van het december nummer van Le Fana de l’Aviation van deze maand, die een prachtige plaat van dit toestel laat zien uit het penseel van Lucio Perinotto:
Bijlage 21968
Mooier kunnen we de herinnering niet maken JanJr