Poststukken, zegels en luchtvaart souvenirs
Jan jr,
Graag even terug naar #72, Do X New Foundland.
Ik begon me af te vragen waarom de Do X niet naar de al bestaande watervlieghaven bij St Johns was gegaan om vandaar de oversteek te maken.
St Johns is aan de kust en kan niet verward worden met andere inhammen die er zeker met wat bewolking, allemaal een beetje hetzelfde uitzien.
Laag glooiend landschap dat zomaar in niets eindigt...
Dan is het heel begrijpelijk dat je in tweede instantie Trinity Bay naar het Zuiden afvliegt om er aan het eind, als je ordinair de weg vraagt bij een nederzetting, er achter te komen dat je in DILDO bent aangekomen.
En dat daar géén fuel ligt te wachten...
Dat althans is de lezing die ik heb kunnen samenstellen uit verschillende bronnen.
Hoezeer bronnen elkaar na spreken zal nooit duidelijk worden..
Dildo bestaat echt; was vroeger geen punt, maar er is nu zelfs een YouTube filmpje met voor- en tegenstanders van het behoud van de naam Dildo.
Iedereen uit Europa die daar rond voer en iets zag gaf er een naam aan als die nog niet op de kaart stond.
Ontdekker Cook heeft zo menige onzin-naam verzonnen en gegeven aan een piek, een bocht, of een bult die op een heks leek...
Enfin, Do X, met het schaamrood op de kaken, bracht de nacht dobberend door bij Dildo, en vertrok de volgende dag naar de baai 20 mijl om de Oost.
Dát was Holyrood, en dáár stonden heel veel barrels brandstof op de pier van de visverwerkingsfabriek te wachten.
Eerst een paar foto's.
Bijlage 22047
Bijlage 22048
Bijlage 22049
Bijlage 22050
Bijlage 22051
Bijlage 22052
Dit is eigenlijk in het kort het hele verhaal.
Of er een boek met enige echte verhaal is weet ik niet.
Maar wat mij nu ging bezig houden is waarom al die fuel naar Holyrood was gebracht, ruim van te voren gepland, alleen even niet erg vindbaar door die verdammte Christiansen.
Nogmaals: waarom niet naar St Johns?
Ik had een warme relatie met St Johns omdat het een laatste baken op New Foundland was op de Oostelijke oversteek naar Europa.
Met helder weer lag het er altijd mooi bij, en vaak lag één van de North Atlantic Tracks er voor de terugweg precies overheen.
(De andere kant op wordt er veel Noordelijker gevlogen.)
Gander Oceanic nam daar de verkeersleiding over van Moncton Centre.
In mijn tijd betekende dat van VHF radio over schakelen op HF, Lange golf.
Andere procedures en een hoop gedoe als er een nacht was met veel Poollicht.
Prachtig om te zien, maar hopeloze verbindingen...
Er is veel veranderd; alles per satelliet, direct afleesbaar op des vliegers I-pad.
Beter, mooier, handiger, noodzakelijk met het toegenomen verkeer.
Maar leuker? Nooit meer zwoegen door alle frequenties heen om ooit een keer Shannon aan de lijn te krijgen?
Ik wéét het zo net niet...
Ik wijk af van het rechte Oceanic pad, St Johns dreef in mijn herinnering met een lichte rimpel nu en dan onder me door en het doet goed om dat weer even te beleven.
Waar was ik gebleven?
Holyrood.
Waarom Holyrood, baai met een durp van niets, maar wél met een spoorlijn.
Mind you, er kwamen rond 5000 mensen op de Do X af; de eerste dag dus behoorlijk voor niets omdat hij in Dildo lag, maar dat deerde niet.
Iedereen was er weer op de tweede dag, toen de Holyrood Bay statig werd binnen gevlogen.
En nog véél statiger, en vooral heel traag, zwaar, met een enorme startlengte, werd uitgevlogen, om nooit meer terug te keren.
Dat, het waarom, hield me bezig.
Dat leidde tot een levendig email verkeer met de Communications Officer van Holyrood.
Het trof dat hij een luchtvaart enthousiast is.
Dit was zijn eerste reactie:
"Hi Jaap
This was the most exciting email I have received in a while. I myself am a bit of a plane enthusiast and have spent a little bit of time flying Cesena 150s and even yesterday I was watching a video about KLM’s new 787-9."
Hij is inmiddels vier local town historians verder, de oudste waarvan 'er nog bij' was met zijn 97 jaar nu.
Maar we weten nog niets. Ik heb nog gedacht dat de directie van de squid verwerkingsfabriek 'Germanisch' was in die tijd, maar dat is niet zo.
Ik wacht berichten af, maar meende dit alvast te moeten neerleggen.
Mogelijk weet iemand er, toevallig of niet, alles van af.
Leuk onderwerp...
Tracker.
Militaire ballon omstreeks de eeuwwisseling (Fantasie)
Bijlage 22135
Op 15 oktober 1992 gaf de ‘Deutsche Bundespost’ een postzegel van 100 Pf en een ‘Ersttagsbrief’uit ter gelegenheid van de ‘Tag der Briefmarke’van dat jaar. De titel van deze uitgave luiddt: “Gasballon, Ballonpost der Deutschen Militärluftschiffer, um 1900”. Deze postzegel werd ontworpen door Ernst Kösslinger en is een bewerking van een schilderij van hem in het Bundespostmuseum, Frankfurt am Main. De situatie is natuurlijk geheel aan de fantasie van Kösslinger ontsproten. Het is een geinige afbeelding, die toch ergens een grond van waarheid zou kunnen hebben. Er werden hiervan 29.850.000 zegels gedrukt, dus wees niet bang dat ze op een zekere dag niet meer verkrijgbaar zijn. JanJr
Bijlage 22136
1 Bijlage(n)
Postvervoer per ballon beleg Parijs 1870-1871
Eerst even een stukje geschiedenis. De Franse keizer Napoleon III had Pruisen in juli 1870 de oorlog verklaard. Dat had hij niet moeten doen, want de Pruisen waren toen al een vechtlustig en strijdvaardig volkje. Het Franse leger werd al snel verslagen en al op 2 september 1870 capituleerde het in Sedan. Napoleon III werd gevangen genomen en afgevoerd. (Keurig in een koetsje, dat wel!) Het keizerrijk was voorbij. De Fransen blij, want 2 dagen later proclameerden ze al de republiek. ‘Vive la republique’ dus, maar ze erfden nog steeds de oorlog met de Pruisen. Parijs werd omsingeld, niemand kon door het beleg heen breken, met alle problemen van dien, o.a. de postverbinding met de rest van Frankrijk en de wereld.Dus er moest een oplossing worden gevonden. ‘Hoe krijgen we de post over de vijand heen naar onze medestrijders, kennissen en familie.? ‘ We gaan de luchtpost gebruiken! ‘ Maar hoe deden die Parijzenaars dat? Er waren nog geen vliegtuigjes en drones. Niets van dat alles. Wel ballonnen en daarvan waren er een paar beschikbaar. De ballonvaarders en de directeur van de posterijen kwamen bij elkaar op 17 september 1870 om de mogelijkheid te onderzoek om over de vijand heen te wippen.
Acht dagen later was het zo ver. Om 8 uur ’s ochtends steeg de ballon ‘Neptune’ op en er zouden er nog veel vaarten volgen. In 1955 gaven de Franse posterijen een postzegel uit met daarop zo’n opstijging:
Bijlage 22720
Als we de postzegel bekijken zien we een plaatje waarop een en ander te zien is. Links en rechts de tentjes van de militairen die de opstijging verzorgden. In het midden natuurlijk de ballon en rechts een paar toeschouwers. Leuk hè! Maar we zijn er nog niet…. Bij de geweren kratjes met postduiven die werden meegenomen op de vaart. Zij kregen, na aankomst, briefjes in hun veren en men hoopte maar dat ze de weg naar Parijs terug konden vinden. De tekenaar verwachtte niet dat we zouden begrijpen dat er in de zakken post zat en daarom schreef hij er maar ‘postes’ op. Zo zie je maar weer dat een postzegel niet alleen gemaakt werd als porto doch ook een stukje geschiedenis en een verhaal kan vertellen.
Nog een afbeelding van het opstijgen:
Wordt vervolgd JanJr.
4 Bijlage(n)
Postvervoer per ballon beleg Parijs 1870/71
Bij mijn laatste inzending onder deze topic zijn wat tekst en afbeeldingen weg gevallen. Er werden postzegels getoond die betrekking hadden op de manier waarin de belegerde Parijzenaars in hun oorlog met de Pruisen in 1870/1871 hun post en belangrijke mensen per ballon over de hoofden van hun belegeraars kon laten wippen. Hier nog een tekening uit die periode door de Franse posterijen gekopieerd en van een postzegel voorzien:
Bijlage 22696
In de kranten werd druk verslag gedaan van deze ballonvaarten. Elke ballonlanding werd uitvoerig beschreven. Als je de ’centimes ‘ had kon je ook mee, zoals het volgende artikeltje 8 de Leeuwarder Courant van 8 November 1870 artikel aangaf. Zo zie je maar weer: ‘Alles is te koop’ :
Bijlage 22697
In de Nederlandse ‘couranten ‘ van die tijd werd druk verslag gedaan van het beleg van Parijs. In het begin liet men de ballonnen midden op de dag op; later was men zo wijs ze in de nacht, voor het licht worden, los te laten, zodat men in het donker over de vijand heen voer en in het daglicht kon landen.
Bijlage 22698
Tot slot nog een artikel deel uit het Handelsblad van 1 october 1870. Zeer lezenswaardig en spannend:
Bijlage 22699
5 Bijlage(n)
Postvervoer per ballon beleg Parijs 1870/71
Op de vraag van Boris waar de ballonnen vandaan komen kan ik vertellen dat ze gewoon in Parijs werden gemaakt. Men richtte zelfs een speciale fabriek op in het station ‘Gare d’Orleans’, waarin tientallen naaisters en mandenmakers druk in de weer waren om deze nieuwe lichter dan lucht vaartuigen voor postvervoer te produceren:
Bijlage 22715
De volgende foto laat zo veel zien. Hij werd genomen in oktober 1870 op ‘la place Saint-Pierre’ aan de voet van de heuvel van Montmartre. Elke ballon kreeg een naam; deze heette ‘Armand Barbès’. Zij vervoerde een generaal Gambetta, die de troepen in Frankrijk zou gaan reorganiseren (wat echter niet lukte). De ballonnen werden opgelaten in de buurt van een gasfabriek; de gasslang is links van de ballon duidelijk te zien. De foto is genomen door de bekende fotograaf/artiest/avonturier NADAR.
Bijlage 22716
In totaal slaagde 67 ballonnen in hun missie. Eén ballon landde zelfs in Noorwegen, na een vaart van bijna 1300 km. Eenmaal in de handen van de vrije Franse posterijen werd de post normaal bezorgd. De brieven die in Frankrijk in Duitse handen vielen werden verbrand. Hoewel er veel werden gepikt als souvenir, waarmee ze ‘collector’s items’ werden die veel geld gingen opbrengen. Er wordt echter ook verteld dat een postzending in een ballon, die in Duitsland landde, ook gewoon werd doorgestuurd. De Opel reclame ’Wij Duitsers maken geen grappen’ ging toen ook al op.
Een van de brieven werd zelfs in Australië aan:
Bijlage 22717
In de Bredasche Courant van 27 November 1870 stond het volgende bericht:
Baarle-Nassau, 21 Nov. Hedenmorgen ten acht ure is een ballon, des nachts om twaalf ure te Parijs opgelaten, waarin zich 5 personen, benevens 25 postduiven en 2 zakken met brieven bevonden, in het gehucht Castelre, gemeente Baarle-Nassau, neergekomen. Zoowel de personen, al de brieven enz. zouden naar de naburige Belgische gemeente Hoogstraten zijn gebragt.
Dit was een een nieuwtje waarvan niemand toentertijd het belang van inzag. De eerste luchtpost had Nederland bereikt. Op het randje maar, eventjes maar, maar toch……..! 100 jaar later, in 1970 dus, zag men er het belang er wel van in. De ballonvaarster Nini Biesman en consorten, organiseerden een herdenkings vaart, waaraan veel ballonnen zouden meedoen. Met de ballonvaart in Baarle-Nassau kon post worden meegegeven, net als in Parijs. Ik was er bij en keek er naar. Ik gaf een envelop mee en filmde wat:
Bijlage 22718
De ballon landde in Moergestel. De brieven werden op het postkantoor voorzien van een afdruk van een aankomststempel en verzonden aan geadresseerden. Maakwerk? Natuurlijk! Maar wel het vastleggen van een stukje geschiedenis. Hoe had het anders gemoeten? JanJr
Bijlage 22719
4 Bijlage(n)
1906 Ellehammer's eerste vlucht (Denemarken)
Bijlage 22897 Bijlage 22898
Dit zijn 2 mooie Deense postzegels die behalve kunstzinnige ook historische waarden hebben. Hier volgt het verhaal:
De trots van Denemarken op luchtvaartgebied was en is Jacob Ellehammer, een luchtvaart pionier uit het begin van de vorige eeuw. Hij zou de eerste vlucht in Europa hebben uitgevoerd, maar daar verschillen de meningen over. Op 12 september 1906 vloog hij een afstand van 42 meter op een hoogte van ongeveer een halve meter. Deze vlucht werd echter niet officieel erkend, omdat zij werd uitgevoerd op een cirkelvormige startbaan met een paal in het midden. Het vliegtuigje, 2 enorme vliegers boven elkaar, was met een draad met die staak verbonden. Het had geen echte roeren. Het vliegstoeltje was met scharnieren vastgemaakt aan vast vlak aan de achterkant van de vleugel zodat de slinger beweging van de bestuurder nog wat verticale verandering te weeg kon brengen. Het vliegtuigje was dus nog steeds aan de aarde gekoppeld en de centrifugale kracht hielp het ook in de lucht te blijven. Men kon dus niet van een vrije vlucht spreken.
De foto's uit die tijd zijn belabberd. Een neef van Ellehammer maakte deze prent:
Bijlage 22899
De postzegeluitgevers op Jersey maakten er meer van:
Bijlage 22900
Dit blok laat links de motor zien die Ellehammer ontworpen en gemaakt heeft. In die periode was het de beste vliegtuigmotor, volgens zeggen. JanJr.
1 Bijlage(n)
Vliegtuigplaatjes uit het grijze verleden
Weer eens wat heel anders. Oude vergeelde fotootjes uit de veertiger- of begin vijftiger jaren. Er werden toen honderd uitgebracht door Smith's Chewing Sweets in Rotterdam. Zelf heb ik er 18 van en die heb ik dus al zo'n 65 jaar. Ik heb op Internet gezocht naar wat meer gegevens. Is er ooit een album uitgegeven waarin je ze kunt plakken . Heeft iemand die plaatjes in zijn bezit?
Bijlage 23628
Als iemand mij wat meer kan vertellen, graag! JanJr.
3 Bijlage(n)
Charles Lindbergh, kennen jullie hem nog?
In de ochtend editie van de Nieuwe Rotterdamse Courant van Zondag 22 Mei 1927 kon men zich nog niet echt opwinden over de geweldige record vlucht van Lindbergh. Het was maar een eenvoudig artikeltje:
De vlucht New York – Parijs
Parijs 21 Mei (Havas) Linberbergh is om 10 uur 22 vanavond op het vliegveld van le Bourget geland. Lindbergh was Vrijdagochtend om 7.51 te New York opgestegen, dit staat gelijk met 12.51 Parijsche tijd, zoodat hij zijn vlucht in 33 ½ uur volbracht heeft – [Red.]
Korter kon het bericht niet zijn. Maar wat wil je? Het was weekeinde en de echte redacteurs lagen nog lekker in bed of maakten zich klaar van het kerkbezoek. Dus een of andere halfwas, die Zondagsdienst had, frommelde een fantastisch stukje luchtvaart geschiedenis, dat door een Frans persbureau in de nacht was doorgezonden, in elkaar.
De volgende dag stonden de kranten er vol van. De koene vliegenier die 33 ½ uur zonder slaap, zonder behoorlijke navigatie middelen, soms blind vliegend, soms bijna in zee gestort, met een klein vliegtuigje de Atlantische Oceaan was overgestoken. Bedenk dat het 1927 was. Het vliegtuig had een met linnen bespannen romp. Op de motor moest hij maar vertrouwen om urenlang boven zee te durven vliegen. Hij kon niet vooruit kijken, want er zaten geen ramen aan voorkant. Hij moest dus starten en landen zonder voorwaarts zicht. Het enige dat hij had om iets te zien vóór zijn vliegtuig was een intrekbare telescoop boven het dak.
Bijlage 23731
Deze kaart werd verzonden van Parijs naar Nevers met een gewone postzegel van 25 centimes. Hij werd afgestempeld door een gefrustreerde postambtenaar die niet van ophouden wist. Men kan goed zien dat de piloot niet naar voren kon kijken, dat weer wel.
Door de bekendheid van de vliegenier gingen allerlei landen postzegels en poststukken over hem uitbrengen. Je kon er een boek over schrijven. Dat werd dan ook druk gedaan. Véél boeken. Lindbergh trouwde later met een dochter van een senator: Ann Morrow. Die schreef ook al interessante boeken over hun verdere vliegreizen.
Maar laten we het hebben over postmateriaal, dit is ten slotte een filatelistisch tijdschrift. Om elk grammetje te sparen nam de luchtheld maar vijf brieven mee. Die liggen in musea of in kluizen. Wij moeten het dus doen met herinneringsstukken.
We beginnen met een FDC uit 1977 met een fraaie Franse postzegel er op:
Bijlage 23732
De postzegel moest Charles delen met 2 Franse luchthelden Nungesser en Coli (die de overtocht naar Amerika niet hebben gehaald en nooit meer zijn teruggevonden)
De Amerikanen deden voor de Fransen niet onder en produceerden 50 jaar na de vlucht een mooie zegel EN een fraaie envelop:
De postzegel moest Charles delen met 2 Franse luchthelden Nungesser en Coli (die de overtocht naar Amerika niet hebben gehaald en nooit meer zijn teruggevonden)
De Amerikanen deden voor de Fransen niet onder en produceerden 50 jaar na de vlucht een mooie zegel EN een fraaie envelop:
Bijlage 23733
Ik vermoed dat Miss Ethel een handelaarster was want ik heb verschillende documenten met hetzelfde adres.
Wordt vervolgd Jan Jr
5 Bijlage(n)
Charles Lindbergh, kennen jullie hem nog? Vervolg
Drie landen gebruikten hetzelfde motief voor hun postzegels (gelukkig wel goede weergaven):
Bijlage 23734
Bijlage 23735
Bijlage 23736
De artiest van Centrafricane kan echter niet portret tekenen, maar hij deed het toch:
Bijlage 23737
Micronesia waagden zich zelfs niet aan tekenen, ze plakten gewoon de oude foto’s op de postzegels. Kassa:
Bijlage 23738
Er zijn nog tientallen andere (post)zegels en FDC’s in omloop, met Charles Lindbergh als onderwerp.
Genoeg om nog een paar bladzijden te vullen, maar dat doen we maar even niet.JanJr.
PS Het lukt me maar niet om de afbeeldingen precies op het door mij gewenste formaat over te brengen.
3 Bijlage(n)
Uitgave postzegels met belgische koning 1938
Weer eens wat anders
Bijlage 24069
In 1938 werd in België een serie van 5 postzegels uitgegeven die de toenmalige
Koning Leopold III in een Fairey ‘Fox’ vliegtuig lieten zien. Bovenstaande maximum
kaart werd te koop aangeboden door het Nationaal Comité voor Luchtvaart –
propaganda. Hoewel de koning uitgebreid poseert in een vliegpak met vlieghelm,
waag ik het te betwijfelen of ‘Zijne Majesteit’ een groot luchtvaartenthousiast was,
omdat men nergens foto’s van hem als bestuurder van een vliegtuig kan vinden.
Hier een vergroting van één der postzegels:
Bijlage 24071
De hoogheid poseerde nog even voor het toestel:
Bijlage 24072
Tot slot nog een beetje geschiedenis. De Leopold trouwde met Astrid, een mooie
Scandinavische prinses, die jammer genoeg verongelukte in hun auto,( door Leopold's
schuld?). In de oorlog trouwde hij met een bijzonder mooie burgerdame. Dit alles werd
door het Belgische volk niet in dank afgenomen en de koning verloor zijn troon. Jan
1 Bijlage(n)
Poststukken, zegels en luchtvaart souvenirs
Voor de doop van 'onze' Bea in '38, verscheen Leopold 3 op Ypenburg met dezelfde 'B7'.
Hoe zij beiden geheel gekleed uit dit vliegtuig zijn uitgepeld vermeldt de foto niet.
En of hij daadwerkelijk aan het levier zat ook niet.
Voor een bezoekend staats-doop bezoek is het in ieder geval wel een bijzonder toestel om koninklijk mee rond te toeren...
Bijlage 24074
http://proxy.handle.net/10648/6c2e72...c-003048944028
Tracker.
5 Bijlage(n)
Brian Sanders schildert vliegtuigjes voor de Marshall eilanden ( Deel 1)
De Marshalleilanden (houdt het vergrootglas bij de hand als je het op de wereldbol zoekt) liggen ongeveer tussen Nieuw Guinea en Hawaï in de ‘Pacific’.Het grootste eiland heet Bikini, waarnaar het scherp gesneden badpakje is genoemd en waar 24 proeven met atoombommen werden genomen. Maar dat heeft dus niets met ons verhaal te maken. Als je alle atollen en eilanden tegen elkaar aanlegt heb je ongeveer 181 vierkante km, de oppervlakte van een Nederlandse provincie. Samen met de federale staten van Micronesia en de republiek van Palau zijn ze geassocieerd met de Verenigde Staten, de z.g. ‘Compact of Free Association’. Dat houdt in dat ze van de V.S. een flinke zak met geld krijgen en dat de V.S. daarvoor hun militaire basissen en invloed mogen houden. Er zijn ongeveer 65.000 inwoners, dus ongeveer het aantal van een gemiddelde Nederlandse provinciestad. De voertaal is Engels, de munteenheid is de Amerikaanse dollar. Vanaf 2007 valt het eilandenrijk onder de Amerikaanse postwet, m.a.w. de frankering vanuit de U.S. is gelijk aan die van de binnenlandse post in Amerika en de eilanden hebben Amerikaanse zip en postcodes.
De republiek heeft echter de bevoegdheid zelf postzegels uit te geven en maakt daarvan dan ook noest gebruik. Als je in de catalogus kijkt zijn er jaarlijks een flinke portie zegels op naam van de ‘Marshall Islands’. Laten we maar zeggen een heel flinke portie met afbeeldingen van exotische zeeschelpen, prachtige tropische vissen, historische windjammers en veel dramatische scènes uit de 2e wereldoorlog. Van de laatste een voorbeeld:
Bijlage 24323
Deze zegels moeten voor het land leuke neveninkomsten opleveren. Jaarlijks worden er zo’n 25 setjes uitgegeven (meestal van 1 tot 4 stuks), plus de z.g. FDC’s
Hier een voorbeeld van een FDC: (De illustrator Brian Sanders die deze postzegels ontworpen heeft, is gek op Stuka duikbommenwerpers. Hij beeldt ze, te pas en te onpas, af op de door hem ontworpen oorlogssituaties.)
Bijlage 24324
Er zijn heel veel oorlogssituaties geschilderd door (de nu 80jarige) Brian Sanders, een illustrator die zijn kennis van grafisch werk in de loop der jaren behoorlijk heeft uitgebreid. Zoals het bij een vakbekwame schilder behoort, exposeerde hij in verschillende musea o.a. in het Imperial War Museum. Hij maakte honderden illustraties voor pocket book covers, bouwdozen, lucifersdoosjes etc. Hij ontwierp postzegels voor o.a. de Britse posterijen, de kanaal-eilanden, waaronder het eiland Man, en veel voor de Marshall Eilanden. In totaal meer dan 50 sets. De Marshall eilanden laten hun postzegels produceren, drukken, adverteren en uitgeven in Amerika door een particuliere organisatie Unicover Corporation in Wyoming, die reclame maken onder het motto: ‘serving stamp collectors throughout the World, waaruit je kunt concluderen dat ze hoofdzakelijk voor de filatelisten gemaakt worden. Die uitgeverij handelt en verkoopt voor verschillende post administraties over de hele wereld rechtstreeks aan de handel en verzamelaars.
Terug naar Mr. Sanders. Hier kun je zien hoe hij te werk gaat. Hij maakt eerst een echt olieverf werk, wat hij later verkoopt:
Bijlage 24325
Terug naar Mr. Sanders. Hier kun je zien hoe hij te werk gaat. Hij maakt eerst een echt olieverf werk, wat hij later verkoopt:
Bijlage 24326
En de gescheiden postzegel nog op een FDC plakken met een eerste dag stempel:
Bijlage 24327
(wordt vervolgd)
2 Bijlage(n)
Brian Sanders schildert vliegtuigjes voor de Marshall eilanden ( Deel 2)
Soms neemt onze Brian (gek op Stuka’s, weet je nog wel?) met de geschiedenis een loopje. Kijk maar:
Bijlage 24328
Deze postzegel toont een, voor oudere Rotterdammers, bekende plek; de Oude Haven, Plan C, in de verte het torentje van het oude stadhuis en rechts onder de Roobrug over de Nieuw Haven. ‘So far, so good’, zoals de rechter foto laat zien. Maar die ‘Stuka’! Daar deugt geen moer van. Het bombardement van Rotterdam in 1940 werd uitgevoerd door Heinkel H-111 tweemotorige bommenwerpers van Kampfgeschwader 54 "Totenkopf" en die vlogen veel hoger dan de postzegel suggereert.
Bijlage 24329
Ik neem met de geschiedenis ook een loopje, met het tonen van deze foto van een Casa 2.111. De kiek werd door mij genomen op de tentoonstelling ‘De Aanval’ waar men suggereerde dat dit ’n Heinkel He 111 is. Het doet er natuurlijk niet toe, maar die krengen van Herr Heinkel gooiden wel hun bommen (bijna) op mijn hoofd. Jan
PS. Het kan best zijn dat ik dit onderwerp al eens eerder behandeld heb. (Ik heb nog gezocht doch verder niets gevonden)
3 Bijlage(n)
Henry Farman begint met 100 meter
Farman behoeft geen nadere introductie. Het heeft geen zin om Farman’s levensverhaal te vertellen. Met een klik op Google geeft Wikipedia alle bijzonderheden. Hij kocht o.a. als eerste een vliegtuig van Voisin, veranderde een paar details en zette er met grote letters FARMAN op. Dat weer wel…
Hij is één van de bekendste ’aviateurs’ uit de beginperiode van de luchtvaart. Hij was de eerste die een afstand van 100 meter aflegde. In 1971 brachten de Franse posterijen deze bijzonder fraaie postzegel uit die dat feit herdacht:
Bijlage 24391
Op internet staat een (hele bekende) foto die dat moment vastlegde. Thijs Postma kopieerde het op een van zijn schilderijen. Hij gaf me toestemming om jullie dit plaatje te laten zien. De tekenaar van de postzegel kende de foto kennelijk ook. Hij husselde alles een beetje door elkaar, de mannetjes, het vlaggetje en het vliegtuigje en kreeg het gewenste resultaat. Hier de originele foto en het werk van meester Postma:
Bijlage 24392
Bijlage 24393
Dus het moment werd op 3 verschillende manieren vastgelegd. Men zwaaide vrolijk met de hoeden om de koene vliegenier aan te moedigen.JanJr.
5 Bijlage(n)
Henry Farman's eerste reis per vliegtuig
Farman startte een vliegschool in Châlons sur Marne. In maart 1908 liet hij het toestel opnieuw bedekken met met een nieuw type doek, installeerde een 50 pk Renault er op en noemde het de 'Farman 1bis'.
Bijlage 24412
Hij maakte hiermee op 30 oktober 1908 de eerste 'cross country' vlucht in Frankrijk:
Bijlage 24413
De tekst op de kaart vertaald:
Op 30 October 1908 ging Henry Farman op weg van Camp de Chalôns naar Reims (17 kilometer) in 17 minuten.
Gemiddelde snelheid 95 km/uur
Bij Sept-Saulx ging hij over de ‘grote populieren’.
Gezien de duidelijkheid van het vliegtuigje mag men veronderstellen dat het hier om ‘photo shopping’ gaat.
Nu nog een ansichtkaart van een Voisin of Farman boven Parijs:
Bijlage 24414
Ook hierop is wat knip en plakwerk te zien, denk ik. De tijd van telelenzen moest nog aanbreken.
Tot slot nog een mooie postzegel van Monaco:
Bijlage 24416
en nog een fraaie Franse uit 1971 die een latere Farman laat zien.
Bijlage 24415
Dat was Henry Farman dan. JanJr.
5 Bijlage(n)
1973 martin-marietta x-24b lifting body
Bij een bezoek aan Edwards Airforce Base, (toen al Dryden Research Centre) California kon men een grote variëteit van souvenirs kopen. Van een van die herinneringen kocht ik een aantal enveloppen welke allemaal op de X-24B ‘Lifting Body’ betrekking hebben. NASA en de US Airforce ontwikkelden een serie vliegtuigen zonder noemenswaardige vleugels waarvan de romp het grootste draagvermogen zou geven. Dit diende hoofdzakelijk om de vorm van de latere ‘space shuttle’ te bepalen. Het laatste model van deze serie was de X-24B. Het belangrijkste doel was om te testen of men met het toestel een zweefvlucht kon uitvoeren en dat het niet als een baksteen uit de lucht zou komen vallen.
Hier een foto met van het ‘til-lichaam’ met de 6 piloten die het ding vlogen: (Alle foto’s zijn van NASA)
Bijlage 24630
Van links naar rechts: Einar Enevoldson, John Manke, Francis R. Scobee, Tom McMurtry, Bill Dana, and Mike Love.
Van John Manke heb ik twee enveloppen, waarop van twee vluchten de details gegeven worden:
Bijlage 24631
Bijlage 24632
Dit zijn echt geen post stukken in die zin dat de vluchtgegevens uiteraard pas na de vlucht konden worden vermeld. Het datum stempel moet er dus later zijn opgezet. Daar de covers nooit verzonden werden, had men zich dus de moeite kunnen besparen er postzegels op te plakken.
John A. Manke was een test vlieger, hoofd van de vliegoperaties en manager van NASA’s Flight Research Center. Hij maakte 42 vluchten in de ‘lifting bodies’, naast de X-24B ook de X-24A, HL-10 en de M2-F3.Bij dit alles heeft hij het leven er vanaf gebracht, wat veel van zijn collega’s niet kunnen zeggen. Hij maakten met deze X-planes glij- en motorvluchten en behoorde ongetwijfeld bij de ‘right stuff’.
Bijlage 24634
Binnenkort meer over een paar confraters van Manke die het uit eindelijk niet zo goed er van afbrachten. JanJr
PS Sorry voor de krankzinnige vergroting. Ik weet niet hoe ik haar weg moet krijgen.
6 Bijlage(n)
1975 martin-marietta x-24b lifting body (2)
Bedankt voor de reactie Boris. De foto van Manke, die ik opgestuurd heb, is niet helemaal juist. Hij poseerde daar niet voor de XB-24B, maar voor de Northrop HL-10. Dit laatst genoemde toestel was tonnetje rond en het was een wonder dat het überhaupt kon vliegen. Het heeft nauwelijks iets wat je vleugels kunt noemen. Hier een foto van Manke voor de XB-24B (Uit 1975 en niet uit 1973, zoals ik oorspronkelijk aangaf):
Bijlage 24714
Zoals men kan zien heeft de X-24B de vlakste onderkant van alle lifting bodies.
Hier twee andere covers in mijn bezit, over 2 vluchten van Mike Love die 12 keer met de X-24B vloog:
Bijlage 24715
Bijlage 24716
Hij maakte de snelste tijd in de X-24B; Mach 1.76. Al deze vluchten werden begeleid door andere toestellen (z.g. chase aircraft) door collega test piloten. Op 1 maart 1976 was het de beurt van Mike Love om zo’n ‘chase’ vlucht uit te voeren. Puur routine. Maar op die dag verloor hij zijn leven. Hij vloog in een RF4C Phantom II, waarmee hij een noodlanding moest maken tengevolge van een technische storing. Hij moest zijn toestel met zijn schietstoel verlaten, maar dat werkte ook al niet. Hij was pas 37 jaar. Hierna een (NASA) foto van Mike Love uit 1975:
Bijlage 24717
De laatste envelop is gewijd aan een vlucht van pilot Francis R. "Dick" Scobee:
Bijlage 24719
Scobee was ook een Vietnam veteraan waarvoor hij o.a. de DFC en Air Medal kreeg. Hij beproefde verschillende types vliegtuigen voordat hij met de X24B vloog, waarop hij slechts 2 vluchten maakte.
Hier poseert hij in 1975 voor lifting body:
Bijlage 24720
In de 80er jaren werd hij Shuttle astronaut. Zij leven eindigde tragisch. Hij was de bestuurder van de space shuttle ‘Challenger’ die in 1986 vlak na de start explodeerde. JanJr.
4 Bijlage(n)
Harriet Quimby, de eerste vrouw die het kanaal overstak (1912)
Bijlage 26523
In 1991 werd in Amerika een postzegel uitgegeven waarop Harriet Quimby stond, een van de weinig vrouwelijke piloten die in de US op een postzegel werd geëerd (meer dan in Nederland, dat weer wel). Zij was van beroep journaliste en toneelrecensente en de eerste vrouw die een vliegbrevet kreeg in 1911. Minder dan een jaar later, op 16 april 1912 vloog ze als eerste vrouw over het Engelse kanaal. Dat feit kreeg weinig aandacht, want de dag ervoor, op 15 april, was de Titanic gezonken en daarvan stonden alle kranten vol.
Bijlage 26524
Nog geen drie maanden na haar kanaal vlucht op 1 Juli 1912 vloog ze in ‘the Third Annual Boston Aviation Meet at Squantum, Massachusetts’, samen met de organisator van de luchtshow William Willardin een spiksplinternieuw Bleriot vliegtuigje. Plotseling werd het toestel flink naar voren geworpen, waarschijnlijk door een luchtstoot. Beide inzittenden werd uit het apparaat geslingerd. Ze vielen allebei naar hun dood. Harriet werd maar 37 jaar oud. Ze zouden ongetwijfeld in leven waren gebleven als ze een veiligheidsgordel hadden gehad. Het toestel gleed door en maakte een overleefbare landing in de modder:
Bijlage 26525
Tot slot een foto uit het Musée del’Hydraviation, Biscarrosse met als titel :
Mathilde Moisant (Fr) s’amuse avec Harriet Quimby .
(Moisant uit Frankrijk kreeg haar vliegbrevet bijna gelijktijdig met Quimby.)
Bijlage 26526
Deze foto van een foto werd in het museum werd op een bloedhete dag genomen, maar dat heeft niets met het verhaal te maken. JanJr.