Foto 152.
Northrop YB-49.
Bijlage 19124
Ruud.
Foto 152.
Northrop YB-49.
Bijlage 19124
Ruud.
Foto 153.
Martin XB-51.
Bijlage 19162
Ruud.
Foto 154.
Savage op lift.
Bijlage 19163
Ruud.
Foto 155.
Lockheed C-141 Starlifter. Bezoekers van de open dag dan wel airshow hebben aardig wat FOD achter gelaten.
Bijlage 19175
Ruud.
Helaas... op foto 155 staat geen C-141, maar een Douglas C-133 Cargomaster. Er zijn er tussen 1956 en 1961 precies 50 van gebouwd. Een paar jaar geleden stond er een filmpje op YouTube over de laatste vlucht van dit toestel naar een museum in de States. Prachtig geluid heeft die machine!
De kist op de foto is de 56-2002, een C-133A-15-DL. Helaas is dit toestel verongelukt op 22 september 1963. Het dook de Atlantische Oceaan in in de buurt van Dover, Delaware, vermoedelijk na gestalled te zijn bij het bereiken van z'n kruishoogte. Er zijn meer C-133's verongelukt op die manier volgens wiki: Douglas C-133 Cargomaster - Wikipedia, the free encyclopedia
OEPS!! Dank je voor de correctie Heron.
Ik moet meer tijd nemen voor het commentaar maar het was zo verleidelijk om even snel een foto te plaatsen.
Het blijkt keer op keer dat het domweg overnemen van wat de verkoper heeft geschreven vaak niet klopt en door de snelheid kijk je er dan over heen.
Groet,
Ruud.
Foto 156.
Lockheed Harpoon.
Bijlage 19182
Ruud.
Foto 157 (plus achterzijde). Persfoto.
1953. Lockheed P2V-5 Neptune. US Navy.
Bijlage 19396
Bijlage 19397
Ruud.
Foto 158 (plus achterzijde). Persfoto van december 1945 maar het werd reeds in april 1945 succesvol ingezet tegen Japanse schepen. Zie: http://bathead.com/asmbat.html
1945. United States Navy Unveils Deadly Radar Guided "Bat" Bomb.
Bijlage 19446
Bijlage 19447
Ruud van Ommeren.
Foto 159.
Bell UH-1B Iroquois (0-38538, 63-8538) in 1977. New Jersey NG.
Bijlage 19466
Ruud.
Foto 160.
Lockheed F-94C Starfire (51-13562) te Philadelphia (1959). USAF, Penn ANG.
Bijlage 19495
Ruud.
Foto 161.
Ryan L-17 Navion (47-0331, 'LD-331') te Charlotteville (1959). USAF.
Bijlage 19496
Ruud.
Foto 162.
Vought F7U Cutlass.
Bijlage 19541
Ruud.
Foto 163.
5608 (145608). Vought F8U-1P Crusader. Naam veranderd tot RF-8A in 1962.
145608 naar MASDC als 2F0422 op 13 april 1982. Neussectie bewaard in Pacific Coast Air Museum, Santa Rosa, CA.
Bijlage 19568
Ruud.
@ Heron.
Ik heb je een PBtje gestuurd.
Groet,
Ruud.
Foto 164.
Douglas B-66 Destroyer.
4426 op kielvlak = 54-426. Op rompachterzijde 88-426 (heb daar geen verklaring voor). Douglas RB-66B-DL Destroyer. Production version of RB-66A reconnaissance Destroyer.
426 to MASDC Jul 9, 1965. To Douglas AF Plant 3, Tulsa, OK and converted to EB-66E and returned to service. To MASDC as BR110 Aug 18,1970. Declared excess Mar 28, 1973. To Sun Valley.
Bijlage 19570
Ruud.
"88-426" is z'n buzznumber en dan zijn de eerste twee dus letters: BB-426 :)
Van de site van Joe B.:
Op Wikipedia staat daar een leuk lijstje van: http://en.wikipedia.org/wiki/Buzz_numberCitaat:
In the years immediately following World War 2, many USAAF/USAF aircraft used markings that would make it possible to identify low-flying aircraft from the ground. This was intended to discourage the unsafe practice of pilots of high-performance aircraft making low passes (colloquially known as "buzzing") over ground points. Consequently, these numbers came to be known as buzz numbers.
The system used two letters and three numbers, painted as large as practically feasible on each side of the fuselage and on the underside of the left wing. The two letter code identified the type and model of the aircraft, and the three digits consisted of the last three numbers of the serial number. For example, all fighters were identified by the letter P (later changed to F), and the second letter identified the fighter type. For example, the buzz number code for the F-86 Sabre was FU, for the F-100 Super Sabre it was FW. The buzz number for F-100A 53-1551 was FW-551, the buzz number for F-86D 53-1020 was FU-020.
On occasion, two planes of the same type and model would have the same last three digits in their serial numbers. When this happened, the two aircraft were distinguished by adding the suffix letter A to the buzz number of the later aircraft, preceded by a dash.
Some stateside aircraft during World War II carried enlarged code numbers on their sides, but I don't know if the purpose of these large markings were to act as "buzz numbers".
The system was in wide use throughout the 1950s, but was gradually phased out during the 1960s. The January 1965 edition of Technical Order 1-1-4 dropped all mention of any buzz number requirement, and these numbers started getting painted over and were largely gone by the middle of 1965.
Hallo Heron.
Zo blijven we dus lekker bezig. Ik zal de teksten van good old Joe maar weer eens intensief gaan lezen. Nu loop ik teveel vast of kost het te veel tijd.
Bedankt,
Ruud.
Het zou een stuk gemakkelijker zijn als de US Armed Forces hun eigen regels gingen naleven. Dan was er een stuk minder verwarring..., maar dat is natuurlijk achteraf gepraat. :)
Zal ik dan in de tussentijd even een scan van een zelfgemaakte dia laten zien?
Dit is Boeing KC-135E Stratotanker 56-3611 (als 63611), die op 10 juli 1985 op Fairford binnenkwam. Dit toestel werd afgeleverd als een KC-135A. De kist is gemaakt in 1957 en het Boeing c/n is 17360; volgens Joe B. heeft het toestel bij het 171 Air Refuelling Wing (ARW) van de Pennsylvania Air National Guard (PA ANG) gediend, waar het de naam "Let's Roll' had. In 2009 stond het mooi te zijn in het Scott AFB Heritage Air Park in Illinois.
Op het moment dat ik de foto maakte was het toestel echter ingedeeld bij het 145 ARS, 160 ARG, Ohio ANG (maar die gegevens heeft Joe blijkbaar niet).
https://farm4.staticflickr.com/3436/...accbf2d7_o.jpg
Greetingsenzo,
Bert.
Ik wist niet van 'buzz numbers' en het doel er van af.
Toen ik onderstaande brief onder ogen kreeg en punt 6 las dacht ik onmiddellijk aan verzuilde puur Nederlandse betutteling.
Een vroege vorm van pro-actief bonnen schrijven door de landelijke koddebeiers.
Maar nee, ik had me té vroeg een oordeel gevormd.
De US of A was ons Ministerie van Defensie al voor geweest in dit opzicht...
Bijlage 19592
Tracker.
Mooi gevonden! Dan neem ik aan dat men er ook in omliggende landen zo over gedacht heeft, al kan ik me (behalve bij de Belgen met hun F-84's) niet echt foto's herinneren van kisten met zulke grote buzznumbers.
Maar hier nog een extreem voorbeeld van verneukeratief gedrag van de Ami's.
Deze scan is van een dia, gemaakt op Ramstein op 2 augustus 1987. Amerikanen mogen graag een zogenaamde "Commanders"-kist hebben, d.w.z. een toestel met een regi die eindigt met dezelfde cijfers als die van hun Squadron of Wing.
Zo ook deze EF-111A 'Sparkvark', die zo te zien 66-042 als nummer heeft. In het USAF systeem is dit dan de 66-0042. Helaas... de echte 66-0042 was een F-111A die al op 12 februari 1969 is gecrashed! Op deze scan is het helaas niet goed te zien, maar op de neuswieldeur staat heel klein 67-0034 (of misschien 70034, dat weet ik niet meer).
Dat is in dit geval de echte registratie... hoezo misleidend?
Gelukkig voor mij had deze kist nose-art en ging ik dat van dichtbij bekijken. Toen zag ik ook het nummertje op de neuswieldeur. Overigens heet de kist 'Let 'em eat crow'.
https://farm6.staticflickr.com/5223/...4c6bb65e_b.jpg
Hallo Heron.
Na een twee weekse stilte van mijn kant pak ik het topic weer op.
Ik had bij foto 164 niet gedacht aan een buzznummer. Ik kon het niet goed lezen en in mijn herinnering stonden buzznummers groot op de romp.
Uit mijn jonge jaren bijv. op de Super Sabre en Delta Daggers op Soesterberg. Op deze foto lijkt een buzznummer weinig zin te hebben omdat het zo klein is.
Dat gezegd hebbende heb ik me ook nooit erg verdiept in die nummers ondanks old Joe en een boek in mijn verzameling over deze nummers (zie hieronder).
Daarom ben ik blij met jouw aanvullingen. Ik krijg het steeds drukker lijkt het wel en hoop dat je commentaar/aanvullingen blijft geven,
ook over andere aspecten van de US toestellen. Ik stel je betrokkenheid bij dit topic zeer op prijs, mijn dank daarvoor.
Bijlage 19947
Met vriendelijke groet,
Ruud.
Foto 165.
Sikorsky CH-53.
Bijlage 19948
Ruud.
Wanneer ik er de tijd voor heb en de gelegenheid zal ik natuurlijk aanvullingen en dergelijke blijven aanleveren. Op die manier blijven de topics in leven. Wat niet wil zeggen dat ik de andere topics, waarin ik niet reageer, niet leuk vind. Ik kijk eigenlijk dagelijks op de site en lees alle topics, hoewel de één wat aansprekender voor me is dan de andere..., maar allemaal zijn ze leerzaam. :)
Voorbeeldje: Die CH-53 hierboven (vermoedelijk een CH-53E) doet niet mee aan de ridder steekspelen, maar heeft rechtsvoor een uitschuifbare tankbuis zitten voor in-flight refuelling. Dat zulks niet altijd goed gaat, laat dit filmpje op de tube zien:
https://www.youtube.com/watch?v=VAdpKpppZiA
Foto 166.
Ryan X-13.
Bijlage 19988
Ruud.
Foto 167.
Bell UH-1H Iroquois (72-21482) in 1979. Virginia NG, US Army.
Bijlage 19992
Ruud.
Foto 168.
Vought F7U Cutlass.
Bijlage 20006
Ruud.
Buitengewoon dat zo'n Vought Cutlass gelanceerd wordt met open cockpitdak.
Als ik het internet afstruin zie ik dat nog veel meer.
Zie niet in waarom ze dat zouden doen. Het lijkt mij dat je het cockpitdak gesloten moet hebben wil je gebruik kunnen maken van je schietstoel.
Erg merkwaardig allemaal weer.
Wel een mooi plaatje zo.
Mvg, Boris
De Vought Cutlass kwam in dienst ongeveer in 1955 er bestonden toen nog geen schietstoelen / cockpitdak met de mogelijkheid om bij lage snelheid en geen hoogte te werken, zero-zero injection seats.
De combinatie van WW2 piloten en vliegdekschepen met een recht platform en een crash net aan het einde kozen kennelijk veel piloten ervoor om met open cockpit dak te starten en te landen ;)
De USS Antietam was de eerste carrier met een hoekdek en kwam in dienst in 1952
Foto 169.
Sikorsky UH-34.
Bijlage 20035
Ruud.
Foto 170.
Lockheed R6V Constitution.
Bijlage 20173
Ruud.
Foto 171. Een hele mooie, scherpe opname. Dit is de eerste foto van deze versie die ik onder ogen kreeg met deze uitbouwsels onder de romp. Het waren militaire CV-240's.
Convair ET-29C (a/c 37817).
AT-29C is a T-29C modified for airways checking duties, redesignated ET-29C in 1962.
Bijlage 20174
Ruud.
Foto 172.
Martin AM-1 Mauler.
Bijlage 20188
Ruud.
Foto 173.
North American B-45 Tornado.
Bijlage 20189
Ruud.
Foto 174.
Sikorsky UH-60A Blackhawk op RAF Wildenrath, 1980s. SHAPE.
Bijlage 20195
Ruud.
Foto 175.
Beech L-23D (57-6082) op Teterboro (1959). US Army CDEC (= Combat Development Experimentation Command).
Bijlage 20196
Ruud.
Foto 176.
DHC C-7A Caribou (60-3763) (1973). 94 TAW (AFRES), USAF.
Bijlage 20199
Ruud.
Foto 177.
Martin Mars.
Bijlage 20224
Ruud.
De Martin JRM Mars was de grootste vliegboot die de geallieerden die in productie genomen hebben, hoewel er maar 7 van gebouwd zijn. Origineel XPB2M-1 Mars genoemd, werd het prototype ontwikkeld uit een PBM Mariner, maar dan op grotere schaal. Eerste vlucht was op 23 juni 1942, maar tegen de tijd dat de marine het toestel in handen kreeg, was de originele rol voor een lange-afstands patrouillebommenwerper verouderd en werden de toestellen gebruikt als transportkist met de aanduiding XPB2M-1R. In die rol was de marine er blij mee en werden er 20 stuks besteld als JRM-1 Mars.
De eerste, Hawaii Mars, werd in juni 1945 afgeleverd, maar het eind van WO2 zorgde ervoor dat de bestelling voor 20 stuks werd teruggedraaid naar de 5 die toen op de productielijn stonden.
De originele Hawaii Mars verongelukte al na een paar weken. De anderen waren: Marianas Mars, Philippine Mars, Marshall Mars, Caroline Mars en een nieuwe Hawaii Mars.
Caroline Mars was al een verbeterde versie, nu JRM-2 genoemd. Het toestel had 3000pk P&W R-4360 motoren. Op 5 april 1950 brandde de Marshall Mars uit na een noodlanding op het water.
De 4 overgebleven toestellen gingen in 1956 met pensioen bij de Navy, maar werden gekocht door de Forest Industries Flying Tankers uit Canada om gebruikt te worden als blusbommenwerpers. Het toestel kon toen via 'scoops' (inlaten onder de romp) 30 ton water in 22 seconden innemen!
De Marianas Mars verongelukte op 23 juni 1951 tijdens bluswerkzaamheden en op 12 oktober 1962 werd Caroline Mars als geparkeerd toestel slachtoffer van orkaan Freda. Toen waren alleen nog Hawaii Mars en Philippine Mars over, die in 1963 afgeleverd werden als 'blusboot'.
In 2007 werden beiden verkocht aan Coulson Forest Products en werden ze gevlogen door Coulson Flying Tankers vanaf Sproat Lake, British Columbia.
Ondertussen is Philippine Mars overgespoten in de originele US Navy kleuren en zou het toestel worden overgevlogen naar het National Naval Aviation Museum in Pensacola, Florida.
Hawaii Mars is nog vliegwaardig, hoewel het geen dienst meer doet als blusboot. Die rol is ondertussen overgenomen door de C-130 Hercules. Dit jaar (2015) wordt de enige vliegende Mars gebruikt om Chinezen te trainen in het bestrijden van bosbranden.
XPB2M-1: 1 gebouwd, R3350-8 motoren, omgebouwd tot XPB2M-1R.
XPB2M-1R: het omgebouwde prototype, BuNo 1520: The Old Lady. Gesloopt in 1945.
JRM-1: 5 gebouwd, R3350-24WA motoren, 4 omgebouwd tot JRM-3.
- BuNo 76819 Hawaii Mars. Gezonken 5 augustus 1945, onderdelen gesloopt.
- BuNo 76820 Philippine Mars (omgebouwd tot JRM-3). Naar CF-LYK en C-FLYK. Nu voor US Museum.
- BuNo 76821 Marianas Mars (omgebouwd tot JRM-3). Naar CF-LYJ en C-FLYJ. crashed 23 juni 1961.
- BuNo 76822 Marshall Mars (omgebouwd tot JRM-3). Gezonken na motorbrand 4 april 1950.
- BuNo 76823 Hawaii Mars II (omgebouwt tot JRM-3). Naar CF-LYL en C-FLYL. Nog vliegwaardig.
JRM-2: 1 gebouwd als ombouw van de laatste JRM-1. R4360-4T motoren.
- BuNo 76824 Caroline Mars. Naar CF-LYM. Afgeschreven na schade door orkaan Freda op 12 oktober 1962.
JRM-3: 4 omgebouwde JRM-1's.
Dat was mijn korte samenvatting van deze Wiki pagina:
https://en.wikipedia.org/wiki/Martin_JRM_Mars
Youtube:
https://youtu.be/bdiCsxM5Pg4 en meer.
Na het opstarten, binnenmotoren eerst, is het een paar maal uitgekiend heen en weer varen tijdens het opwarmen van de motoren.
De Magneto check moet daarna bij flink wat vermogen plaats vinden.
Twee om twee.
Probleem is dat zodra er een motor draait de boel varend aan de haal gaat...