Citaat:
Momenteel is iedereen vrij het inschrijvingskenmerk te kiezen waar zijn voorkeur naar uitgaat.
Mits het vrij, en nog niet eerder gebruikt zijn, zal de beheerder vrijwel altijd de verlangde inschrijvingskenmerk -namens de minister- toekennen.
Tegenwoordig worden ook inschrijvingskenmerken waarvan de inschrijving, dertig jaar of meer geleden, doorgehaald is weer vrij gegeven.
Wèl waren destijds kenmerk en luchtvaartuig in principe onlosmakelijk met elkaar verbonden, het eenmaal toegekende kenmerk blijft bij
het vliegtuig horen, óók als het, om wat voor reden dan ook, een periode niet ingeschreven is geweest.
In het PH-F**-blok kunt u constateren dat veel 'terugkerende' Fokker-toestellen bij herinschrijving een ander kenmerk kregen toegewezen.
Het eerst toegewezen kenmerk wordt dus duidelijk als een testkenmerk beschouwd waarvoor aan die onlosmakelijkheid niet strak
de hand werd gehouden.
Sedert de uitgave van mijn boek "75 Jaar Nederlandse Luchtvaartuigregisters" in 1997, is deze regeling in zoverre veranderd dat
hergebruik van een kenmerk toegestaan wordt indien sedert de doorhaling van de vorige inschrijving dertig jaar of meer verstreken is.
Het is echter geheel de bevoegdheid van de beheerder om -weer namens de minister- naar zíjn inzicht van deze regel af te wijken.
Er moeten dan wel zwaarwegende argumenten zijn. Mij is in dit verband alleen de heruitgave van bovenbedoelde Fokker-toestellen en de
PH-CVW bekend.
Behalve de ultra-lichte vliegtuigen worden alle luchtvaartuigen in het 'hoofdregister' opgenomen, óók de zweefvliegtuigen (die echter wèl
numerieke inschrijvingskenmerken krijgen) en ballonnen.
De nummering in dit hoofdregister, die startte bij de PH-AAA met BvI 1, was omstreeks 2013 al bij de 8000 aangeland.