Of u wilt of niet, Nederland houdt tegenwoordig van Pinguins.
Eigenlijk deden we dat altijd al, en wij niet alleen.

Tijdens mijn zoektocht naar wat uiteindelijk de Do 128-6 zou zijn, kwam ik een Pingouin tegen in WW2.

Frans. Nou ja, bijna Frans, want hij was gebaseerd op de Messerschmitt Bf 108.
Hij werd in bezet gebied gebouwd door de firma 'Nord'.

Niet de Nord van de 262 en de Griffon met zijn dikke motor, deze club werd pas in 1954 gevormd.

Die andere Nord moet een dubieuze fabriek zijn geweest, met Duitse inbreng, maar toch ook wel weer met Franse 'schwung'.

De Bf 108 die ze gedeeltelijk na bouwden had een wervelende naam als Taifun.
Maar zo niet het Franse product.
Slank gelijnde vierzitter, succesvol en behoorlijk snel voor een tour-vliegtuig.

Om een reden die ik niet kan bevroeden ging dit best mooie ding PINGOUIN heten.
Een vogel met re-designed vleugels, nauwelijks nog herkenbaar als zodanig, en uitgerust met een onhandig maar onverwoestbaar onderstel.

Er zijn er nog heel wat van gebouwd, en vermoedelijk zonder het te weten heeft u allemaal wel eens twee van deze Pinguinen zien vliegen.

Het waren namelijk twee Pingouins in de film 'The longest Day', die het wat relativerende optreden van de Luftwaffe uitbeeldden.
Omdat ze op de Bf 109 leken, wat klopt, maar via een Frans omwegje dus.

Er zijn er ook nog wat bewaard gebleven, en het is een Belgisch exemplaar dat qua registratie het best aangeeft hoe men zou kunnen denken over het wat dubieuze gedrag van de Franse Nord fabriek in 1943.

Ik heb het niet verzonnen; deze Pingouin heet echt zo!

Nord 1002 Belge N°285 OO-GVD





Happy feet!

Tracker.