Beste LVA-40,
Je pseudoniem geeft aan dat je een eerder verleden koestert dan ik met mijn naam.
Er zit een twintig jaar tussen.
Maar met de scherpe kraag denk ik dat je qua vliegtenue daar nog eens een twintig jaar vóór zit.
Scherpe kragen waren er door alle tijden heen, maar dan alleen als 'zondags' tenue.
Zo als ik me hier sta aan te stellen op het dek van de Doorman, in '64, in de Caraïbische wateren.
Het heette 'Jas Toetoep'. En dat wordt verklaard in het Maleise woordenboek van ver vóór de oorlog, LVA tijd...
Vliegen gebeurde in lossere outfits, gelukkig.
Het Marine jargon was doorspekt met Maleise woorden, vooral in gebruik bij degenen die er bíjna waren geweest!
Zo gingen we mandiën, niet douchen, geen bed maar een tampat, geen benen en voeten, maar kakken, kakis, liepen op spatoes, gekleed slechts in een pendek, onderbroek, aten een rijsttafel uitsluitend in het Maleis, en spraken iedere 'v' uit als een ploffende 'p'.
Een vroege Stationmanager NLM op Twenthe kwam er vandaan, en heette dus verder ParkePisser. Passagiers keken daar wel eens van op...
En een Squadron Technisch officier, Jan Klok, heette Orang Pendul.
Het verlies van de Oost werd nog héél lang gevoeld in onze Zeemacht...
Dit natuurlijk allemaal volkomen terzijde, terug naar:
De bok op het S11 frame.
Ik denk niet dat het bedoeld is als overslagbok.
Men had in de dertiger jaren met de racers uit die tijd voldoende ervaring met allerlei vormen van 'rollbars' opgedaan.
Dit oogt anders; ja, het zou als een heel lichte kreukelzone kunnen dienen, maar er zit te weinig buis aan, en heeft een platte kop die voor iets anders is bedoeld.
Er moet iets op gemonteerd kunnen worden, lijkt het.
Kortom: ik stel de vraag opnieuw.
Wat staat hier op een S11 te pronken, in 1947?
Tracker.